Duet Het licht van de lantaarnpalen schiet aan mij voorbij, de lege A1 ligt voor mij. Amsterdam heb ik bijna in het vizier, de radio vol aan. Intense ontlading
De handschoen Het is 2004. Ik ben bijna arts, officieel nog student. In het Kennemer Gasthuis loop ik mijn laatste coschap, mijn eerste ‘eigen patiënten’. Dit alles onder het
Promoveren ‘We gaan gas’, trapt Piet af over hij zijn jas over de stoelleuning hangt. Hij ploft neer op de stoel. Zijn vrouw Astrid zit al. ‘Het mag dan
Gevangenis ‘Dynamiek, man, volop dynamiek. Op tal van manieren.’ Richard steekt direct van wal. We kennen elkaar net. Bij kennismaking was zijn handdruk stevig, stonden zijn ogen gefocust. De
Bloemschikken ‘Storend is het, ronduit storend’, zegt Kees met een groot dik vest aan. Een half jaar geleden zagen we elkaar voor het laatst. Nu gaat hij op het
Op z’n kop Het gaat als ik binnenloop. Mensen staan rondom het koffieapparaat, spelen tafelvoetbal of staren aandachtig naar instructies op het papier van het computerscherm voor zich. ‘Ik