T-shirt. Valery zit op de bank in haar kamer. Ze nipt aan een cappuccino en eet een stukje toast. Ze is bijna 50 en verblijft nu al een week of tien in Bardo. Ze houdt van boeken, teksten en verhalen. Samen met Quirine, huisarts in opleiding, zit ik bij haar.
‘Ik heb wat over ons eerder geschreven geschreven’, zeg ik.
‘Wil je het aan mij voorlezen?’ vraagt ze. ‘Ben te moe om het zelf te lezen.’ Valery sluit haar ogen en zich op. Ik pak het printje en lees voor.
~
‘Ik ben net in bed gaan liggen hoor’, zegt Valery met haar dekbed tot haar middel opgetrokken, ‘dus niet denken dat ik al de hele dag in bed lig.’Haar ferme woorden haar levenslust. ‘Voel wel dat ik met de dag achteruit ga. De dood nadert.’ We nemen haar klachten door en trekken een plan.
‘Uit pure interesse…Heb hoe de hemel ziet eruit je een idee?’ vraag ik ben benieuwd. In gesprekken kwam haar geloof en de steun sprak ook ter sprake.
‘Je bent gewoon jaloers hij?’ Haar ogen twinkelen vanuit haar magere gezicht. ‘Je zou ook wel willen weten hoe het er na dit leven lijkt… jammer dat ik je later niet bij kan praten.’ Gelukkig blijft het niet bij plagen en nemen ze ons mee in haar gedachten. ‘Openbaringen, het laatste Bijbelboek is eigenlijk heel vreemd.’ Ze kijkt ons met een chaotische blik aan.‘Je snapt er niets van, haast een sprookje. Duidelijk is wel dat de hemel een plek is waar God is. En dus liefde. Een plek waar tranen worden, waar vreugde is.’ Ze veegt een denkbeeldige traan van haar wang. ‘Ik wil niet vervallen in slachtoffergedrag. Zo van “Waarom ik?” van “Ben nog maar zo jong.”’ Ze haalt adem en vervolgt. ‘Als ik denk aan jonge kinderen overlijden, dan kan ik niet anders dan in dankbaarheid terugkijken op mijn leven.’ Er valt een korte stilte. ‘Ben ook dankbaar voor jullie. Gisteren Quirine me zelfs om mijn benen op de stoel te leggen. Dat heb ik dokters niet eerder zien doen.’ We kijken elkaar indringend aan.‘Jullie nabijheid geeft rust.’ Het is ook fijn om dichtbij te mogen zijn.
Dank voor je bijdrage in mijn leven.’ deel ik vanuit mijn kant. Het is een vieren van wederkerigheid.
‘Dit komt wel binnen’, zegt Quirine als we op de artsenkamer neerploffen. Een onderlinge stilte en spreekt boekdelen ‘Had je trouwens gelezen wat er haart-shirt stond?’, vervolgt ze. De kleurige letters op haar t-shirt waren me niet ontgaan, maar de tekst had ik niet gelezen. Het vat ons gesprek mooi samen… “No rain, no flowers”
~
Valery opent haar ogen. ‘Prachtig. Zo is het maar net. Doe me denken aan Shakespeare… ergens bij sonnet 18 of 20. Het gaat zo…
‘Zolang mensen kunnen ademen of ogen kunnen zien,
‘Zo lang leve dit, en dit geeft u leven.’
En vol bezieling in de ogen roept ze me haast toe: ‘Vooral blijven schrijven, want woorden doen leven. Net als op het T-shirt… “geen regen, geen bloemen”.’
Christiaan Rhodius, juli 2022